De angstjager

Roman

  • Auteur: Joris van Os
  • SKU: 9789078905660
  • Verschenen: 31-05-2013
  • Leverbaar: Niet beschikbaar
  • Druk: 1e druk
  • Productvorm: Zachte kaft
  • Taal: Nederlands
  • Uitgever: Brouwerij Uitgeverij de
  • Aantal pagina's: 288
€ 19,95

Omschrijving

Jonas Bicker lijkt voorbestemd om grote daden te verrichten. Hij is gezegend met bijna onmenselijke moed en doet dingen waar anderen alleen van dromen. Hij is een held, een halfgod, een hedendaagse Hercules. Maar als bekend wordt dat hij lijdt aan het Urbach-Wiethe syndroom, een zeldzame aandoening waarbij het deel van de hersenen dat angst kan voelen, blijvend is uitgeschakeld, valt hij van zijn voetstuk. Dan blijkt dat Jonas helemaal niet dapper is, maar dat hij simpelweg niet bang kan zijn.

Jonas kent letterlijk geen angst. Dat lijkt aantrekkelijk, maar gaandeweg ontdekt hij dat vrees, schroom en schaamte nodig zijn om anderen te begrijpen, om lief te hebben, om een gewoon leven te leiden.

In zijn pogingen die ene onbekende emotie te begrijpen, te doorgronden, raakt hij erdoor gefascineerd. Het is het begin van een lange zoektocht, een onverschrokken queeste naar de angst.

Joris van Os (1975) is schrijver, regisseur en beeldend kunstenaar. Hij studeerde televisiemaken en werkte jarenlang als programmamaker bij productiebedrijven en omroepen. Hij werkt ook als vertaler en als tekstschrijver voor de media.

De Angstjager is zijn debuutroman. Hij is medeauteur van het boek ‘Het geheim van Zionsburg’.

Meneer Jacques
Recensie door Meneer Jacques

De Angstjager is een ontroerend en geloofwaardig verhaal over een jongeman die geen angsten kent. Een geslaagde eerste roman waarvoor Joris van Os research pleegde bij Oliver Sacks. Volgens die laatste zelfs de enige roman die het Urbach-Wiethe syndroom als thema aansnijdt.

Joris van Os is regisseur en beeldend kunstenaar, hij schrijft en vertaalt teksten voor de media, daarnaast vond hij nog de tijd om een roman te schrijven. In 2008 debuteerde hij met Het geheim van Zionsburg, een boek over moderne samenzweringen dat hij samen met Maessen schreef. Nu vijf jaar later waagt hij zich aan zijn eerste roman.

De Angstjager vertelt het verhaal van Jonas Bicker, een jongeman die geen angst kent omwille van het Urbach-Wiethe syndroom, een zeldzame aandoening in de hersenen waardoor het onmogelijk is om angst te voelen. Met zijn hechte vriend Raaijmakers probeert hij te achterhalen wat angst betekent zodat hij die zich eigen kan maken. Wanneer hij Isabel ontmoet - een meisje met een algemene angststoornis - krijgt hij even de hoop het ware gezicht van de angst te ontdekken, maar niets loopt zoals hij gehoopt had.

Joris van Os koos ervoor om voornamelijk te schrijven vanuit de derde persoon. Dit maakt het voor de lezer moeilijk om zich te identificeren met Jonas. Je wordt als het ware continu op een afstand gehouden door de verteller. De Angstjager had nog beter kunnen zijn door Jonas zelf het relaas te laten doen over zijn neurologische afwijking. Dit gebeurt enigszins in het tweede deel van het boek, maar al te vaak wordt nog overgeschakeld naar de verteller. Ondanks de enige afstand die je voelt, ontroert het levensverhaal van Jonas, zeker wanneer het over zijn kindertijd gaat.

De filosofische gesprekken tussen Raaijmakers en Jonas zijn de sterkste passages van deze roman. Van Os schuwt de grote filosofen niet en behandelt existentiële vragen die samenhangen met angst. Vrees niet als je geen kaas gegeten hebt van filosofie, van Os weet de theorieën van de grote denkers op een zeer heldere manier weer te geven. Het mocht zelfs nog uitgebreider zijn.

Voor de mensen die geïnteresseerd zijn in deze zeldzame neurologische aandoening is De Angstjager een echte aanrader. Joris van Os ging bij niemand minder dan Oliver Sacks, Brits neuroloog en schrijver, te rade om deze roman tot stand te brengen. Een goede keuze zo blijkt, want van Os weet de aandoening op een geloofwaardige manier te beschrijven, zonder te droog of wetenschappelijk te worden.

Boekenbijlage.nl
Recensie door Felice Beekhuis

Joris van Os is schrijver, regisseur en beeldend kunstenaar. Na Het geheim van Zionsberg, waar Van Os medeauteur van is, is De angstjager zijn eerste eigen roman. In dit boek snijdt de schrijver een onderwerp aan waar niet veel boeken over zijn geschreven: het Urbach-Wiethe syndroom.

Hoofdpersoon Jonas Bicker kent geen angst, letterlijk. Door een zeldzame aandoening is dat deel van de hersenen dat angst moet voelen blijvend uitgeschakeld. De daardoor dappere Jonas lijkt voorbestemd om grootse daden te verrichten, hij kan een held worden. Maar het niet kunnen beleven van angst blijkt niet zo aantrekkelijk als sommige mensen denken. Jonas ontdekt dat hij vrees, schroom en schaamte nodig heeft om mensen te kunnen begrijpen. Via angststoornissen, geesten, doodsangst en psychosen, vervolgt Jonas zijn onverschrokken jacht op de angst.

De angstjager begint met de jeugd van Jonas en de diagnose Urbach-Wiethe syndroom die voor hem wordt gesteld. Van Os probeert in dit deel de medische kant van de ziekte begrijpelijk te maken voor de lezer. Je krijgt eerst de lichamelijke uitleg, waarna je wordt meegenomen naar de meer psychische reis van Jonas, zijn zoektocht naar echte angst.

Maar Jonas kende geen gevaar. Hij wist niet wat gevaar was. Zijn brein wist het, maar zijn hart niet. (Wat natuurlijk weer ironisch was, aangezien het juist zijn aangetaste brein was dat zijn hart beroofd had van de angst.)

De schrijver gebruikt in zijn verhaal veel details en vergelijkingen. Een uitgebreide routebeschrijving door de straten van verschillende steden of vergelijkingen met mythologische goden of helden gaat hij niet uit de weg. Vriend uit Jonas¿ studententijd Raaijmakers heeft zich ten doel gesteld om Jonas te begrijpen en de situatie te overzien. Hij legt verbanden en laat de kennis van verschillende grote denkers uit het verleden op Jonas¿ situatie los. Hij brengt daarom regelmatig wat moeilijkere termen in het verhaal, maar laat ons ook de humoristische kant van de ziekte zien.

Raaijmakers lachte zich een ongeluk. 'Op zulke momenten heroverweeg ik me te bekeren tot het christendom,' zei hij. 'Iemand met een angststoornis die een vriend krijgt met het Urbach-Wiethesyndroom, daar moet een god achter zitten. Tot zulke ironische wapenfeiten is het Toeval niet in staat.'

Het verhaal loopt niet altijd helemaal soepel. Vooral wanneer Jonas vriend Raaijmakers aan het woord is met al zijn filosofische overdenkingen, kun je als lezer het spoor wel eens bijster raken. Maar al met al is het zeker wel een goed verhaal, met een pakkend onderwerp.

Felice Beekhuis

Eindhovens Dagblad
Recensie door Dieter van den Bergh

Iedereen kent er wel eentje, zo'n onverschrokken joch dat nergens bang voor is.

Zie ook de heldhaftige Jonas Bicker, die begin jaren tachtig opgroeit in Vught. Is niet bang van slangen in zijn bed, pakt een blazende kat bij zijn nekvel, klimt langs regenpijpen omhoog, laat wildvreemde mannen binnen. Een Pietje Bel, Tijl Uilenspiegel en Pippi Langkous in één. Maar waar normale jochies toch een gevoel voor angst ontwikkelen, gebeurt dat bij Jonas niet. Hij blijft nergens bang voor. Blijft zonder kijken de straat oversteken en gevaarlijke honden aaien. Zijn ouders zitten met de handen in het haar: is hun zoon een autist, een sociopaat? Als Jonas negen is, geeft de neuroloog uitsluitsel. De intelligente, maar wereldvreemde jongen blijkt helemaal niet dapper, maar aan het syndroom van Urbach-Wiethe te lijden, een zeer zeldzame aandoening waarbij het deel van de hersenen dat angst kan voelen - de amygdala of amandelkernen - blijvend is uitgeschakeld. Over de impact die dit kan hebben, schreef Joris van Os uit Eindhoven ( 1975) zijn debuutroman De Angstjager.

Wat aanvankelijk een fijne aandoening lijkt, blijkt een vreesloze hel. Jonas wordt ouder en raakt meer en meer in een isolement. Hoewel hij over uitstekende verstandelijke vaardigheden beschikt, blijft zijn sociale intelligentie ver onder peil.

Angst - en onlosmakelijk verbonden emoties als schaamte, haat en verdriet blijkt onontbeerlijk om te kunnen functioneren. Relaties lopen spaak, door zijn omgeving wordt hij apart gezet als die knaap die om onduidelijke redenen zwakzinnig is. De boodschap van therapeuten en medici is eigenlijk steeds hetzelfde:angst uitleggen aan Jonas, is als de kleur blauw uitleggen aan een blinde.

In zijn studietijd krijgt hij een relatie met 'orkaan' Isabel, een meisje met uitgerekend een angststoornis, die hem als een geleidehond behoudend voor het gevaar - leidt. Een moeizame relatie, ook op seksueel vlak. Alleen studievriend Raaijmakers lijkt hem te begrijpen.

Die moedigt hem aan op zoek te gaan naar angst, naar de kern van zijn geschonden amygdala. Dus gaat Jonas voor een trein liggen, redt hij iemand uit een brandende vrachtauto, maakt een buitenlandse zwerftocht langs rafelranden, hoeren, drugs en afgronden. Steeds gaat het nét goed, maar van de emotie angst is nog steeds niets te bespeuren.

Terug in Nederland, jaren later, blijkt Raaijmakers stervende. Maar zelfs als Jonas zijn doodsangst ervaart, verandert er niets. Pas als hij aan zee, met onder zijn arm de urn met daarin zijn beste vriend, de onbeantwoorde liefde van zijn leven, Isabel, weer terugziet, lijkt er iets te gebeuren.

'Brainbook' De Angstjager, doorspekt met filosofie en (natuur)wetenschappelijke feitjes, is volgens befaamd neuroloog Oliver Sacks, bij wie Van Os research pleegde, de eerste roman over dit werkelijk bestaande syndroom. Hooguit een paar honderd mensen lijden er wereldwijd aan. Geen autobiografisch boek, benadrukt Van Os desgevraagd. 'Het fascineert me hoeveel besluiten in ons leven gebaseerd zijn op angst. Ik kwam een jaar of tien geleden op het onderwerp door een klein artikel in een buitenlands tijdschrift. Toen was er in Nederland nagenoeg niets over de ziekte bekend. Als ik contact opnam met neurologen vroegen ze mij om meer informatie.'

De Eindhovense auteur heeft hier een sexy wetenschappelijk onderwerp in handen en zet een geloofwaardig, vlot geschreven beeld neer van deze neurologische curiositeit. Het verhaal stopt echter als de hoofdpersoon achter in de twintig is en hij nog steeds kampt met zijn bizarre syndroom. Dan wil je als lezer eigenlijk ook weten hoe het verder gaat en écht afloopt.

De Angstjager van Joris van Os verscheen bij Uitgeverij De Brouwerij. 284 pagina's, 19,95 euro.